Voer een gezondheidscontrole uit bij 3 verschillende diersoorten of 3 verschillende dieren binnen een diersoort. 

Beschrijf eerst de normaalwaarden die bij het diersoort hoort. Hierna voer je de gezondheidscontrole uit bij de dieren. Maak voor ieder dier een apart stuk tekst/schema/overzicht etc. zodat het goed te overzien is.

De punten waarop moet worden gecontroleerd tijdens de gezondheidscontrole zijn;

• Ademhaling
• Vacht- en huidconditie
• Nagels/hoeven/klauwen
• Gebit
• Slijmvliezen
• Ogen, neus en oren
• Kenmerken waarbij afwijkingen verwacht werden op basis van de voorgeschiedenis
• Voedingstoestand (te mager, te dik)
• Vocht- en voedselopname

Laat iemand foto's maken terwijl jij de gezondheidscontroles uitvoert.

Voeg de normaalwaarden, uitkomsten en foto's toe aan je portfolio.